Boxtel

Het college van B&W heeft besloten dat het overschot van ongeveer 800.000 euro op het budget van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gereserveerd blijft voor kwetsbare groepen in de Wmo, jeugdzorg, ouderenzorg, minima en mensen met een arbeidsbeperking. SP-wethouder Eric van den Broek is daar tevreden over.

Uit onderzoek van het blad Binnenlands Bestuur blijkt dat negen op de tien gemeenten geld overhouden van het Wmo-budget voor begeleiding en ondersteuning. Zo ook in Boxtel, waar vooral geld overgehouden wordt op huishoudelijke hulp, vervoersvoorzieningen, collectief vervoer en begeleiding (van mensen met autisme, adhd en dergelijke). De besparingen zijn met name het gevolg van een andere werkwijze. Er wordt nu meer gekeken naar wat mensen zelf nog kunnen en wat hun sociale netwerk (familie, kennissen) in hulp kan bijdragen, met op de achtergrond vrijwilligers of mantelzorgers. Gevolg is dat er minder hulpaanvragen zijn en dus minder professionele hulp nodig is. In 2015 ontvingen 1697 inwoners een bijdrage vanuit de Wmo. De gemeente gaf in dat jaar 7 miljoen euro uit aan indicaties, terwijl het budget 7,8 miljoen bedroeg, een besparing dus van 8 ton.

Wethouder Eric van den Broek: “Wanneer we 'geld overhouden' bekijken we over het gehele sociale domein (zorg en ondersteuning, jeugdzorg, werk en inkomen) waar nog extra middelen nodig zijn. We houden geld apart voor eventuele risico's en/of tekorten in de toekomst, want de rijksbijdrage wordt steeds minder. Boxtel blijft investeren in signalering en preventie voor ondersteuning en zorg op maat. Met name wordt geïnvesteerd in de versterking van de Sociale Structuur: er komen extra middelen voor Wmo-projecten (2x75.000 euro), meer geld voor wijken (100.000 jaarlijks), extra geoormerkte gelden voor mantelzorgers (200.000), voortzetting van de Huishoudelijke Hulptoelage, initiatief Ouderenbeleid en speerpunt Vrijwilligersbeleid.”